Bij Matteüs 7:7
Stel je voor dat de fabrikant op het idee komt om de ketchup ineens te verpakken in een blauwe tube! Daar sta ik dan, bij het vak met mayo en aanverwante sauzen. Er staat ketchup op mijn boodschappenlijstje en ik zoek en zoek, maar vinden? Ho maar. Wel currysaus, natuurlijk, want die tube is ook rood, zij het een andere tint. Maar ja, dat is geen ketchup.
Zo gaat dat in mijn hoofd. Ik lees ‘ketchup’ op mijn lijstje en voor mijn geestesoog verschijnt een rode tube; ik ga zoeken en over de blauwe tube kijk ik straal heen. Zeg ‘God’ en voor mijn geestesoog verschijnt een beeld; ik ga zoeken en over hoe God zich aan mij laat zien, hier en nu, kijk ik straal heen. Dit is zoeken op de manier zoals je via google zoekt. Je typt iets in en dat wat je zoekt, vind je. Nauwer geformuleerd: je vindt alleen dat wat je zocht. Op de resultaten van zoekmachines is de bijbeltekst ‘Zoekt en gij zult vinden’ zeer letterlijk van toepassing. Maar voor wezenlijker zaken dan het inwoneraantal van Nederland of de handleiding voor de Kobo Libra 2 ligt het anders.
God zoeken, het wezenlijke zoeken – het vraagt geen nauwe focus, maar juist open aandacht, ongericht. Ontvankelijkheid en niet-weten. Het is een compleet andere beweging. Bij zoeken naar iets concreets reik je naar buiten. Je antenne is gespitst en tast de omgeving af. Verbinding zoeken met het wezenlijke vraagt eerder van je dat je je terugtrekt in jezelf. Nee: dat je aanwezig bent in jezelf. Rustig aanwezig. Roerloos is niet nodig, je energie is altijd in beweging, maar laat de beweging ontspannen zijn. Je strekt je niet uit naar buiten, maar blijft zo transparant mogelijk, zo open mogelijk. En dan van daaruit waarnemen wat er binnenkomt, wat er op je afkomt of in je opkomt.
Laat je gerichtheid varen en open jezelf om te ontvangen. De Franse filosofe Simone Weil verwoordt het prachtig: ‘Het kostbaarste kan niet worden gezocht; het moet worden afgewacht.’ Het zoeken van je beelddenkende geest leidt tot vinden wat je zocht. Het zoeken als: ontvankelijkheid, non-focus en niet-weten, dat leidt misschien tot het ervaren van iets dat je God noemt.
Ik haal de middeleeuwse soefi Al-Bistami nog maar eens aan. Met deze twee verschillende manieren van zoeken in je achterhoofd, versta je zijn paradoxale woorden vast: ‘Kennis van God kan niet door zoeken verkregen worden, maar alleen zij die haar zoeken zullen haar vinden.’
En mocht je toevallig ketchupproducent zijn … Ik zou het waarderen als je de verpakking rood laat. Dat scheelt mij tijd en ergernis in de supermarkt.