Veiligheid

Bij Psalm 62:11

Met een groep doe ik lectio divina. Lectio divina is een meditatieve manier van bijbellezen. Het gaat er bij lectio niet om dat je de woorden begrijpt of gaat ontdekken wat ze betekenen, maar dat ze tot jou gaan spreken. Je leest met elkaar een klein stukje bijbel, een paar verzen maar. Uit die lezing (lectio) laat je een woord of een zinswending naar boven komen die jou op dat moment in het bijzonder aanspreekt. Dat woord, of die woorden, laat je in de stilte daarna tot je spreken. Je kauwt op de woorden en herkauwt ze en je laat alles wat dat woord oproept in je opkomen: meditatio (meditatie). Daarna ga je na of er een antwoord in jou opkomt op dat, wat je God door deze woorden heen tot jou hoort zeggen: oratio (gebed). En in een langere stilte daarna komt alles in je tot rust en ben je stil, met een verwachtingsvol hart: contemplatio (contemplatie). We eindigen met een toon van de klankschaal.

Elke keer weer vind ik het spannend. Elke keer denk ik: nou, het zal mij benieuwen of er überhaupt iets op gang komt. En elke keer ben ik weer verrast door wat er gebeurt. Door goed naar die enkele woorden te luisteren en ze te herhalen in je hart, openen de woorden zich laag voor laag. En niet alleen in de tekst dring je dieper door – ook in jezelf. Dat gaat hand in hand.

Mocht je het zelf een keer willen ervaren, dan kan dat. Deze Parelduiker is zo geschreven dat je de tweede stap van lectio, de meditatio, kunt doen. Maar misschien lijkt dat je niet wat en lees je liever wat er dan bij mij zoal gebeurt als ik zo’n tekst tot me laat doordringen. In dat laatste geval lees je verder vanaf de sterretjes. Mocht je het zelf willen ervaren, dan lees je verder vanaf hier. Je kunt natuurlijk het een doen en het ander niet laten, maar doe de oefening dan vooral eerst zelf.

Ga eerst even na of de omstandigheden zo zijn dat je je een paar minuten in stilte kunt terugtrekken. Dat kan prima met zijn tweeën, als je dit samen leest en afspreekt om deze oefening te doen. Maar als je deze overweging leest als onderbreking op een drukke werkdag, terwijl je ieder moment gestoord kunt worden, of terwijl je op een vol perron staat en de trein kan ieder moment binnenrijden, is het wellicht beter het verder lezen uit te stellen totdat je rust hebt.

Ik geef je een paar woorden uit Psalm 62 (in de Naardense vertaling, voor de fijnproever). Herhaal die woorden voor jezelf. Als je alleen bent, kun je ze voor je uit prevelen. Maar je kunt ze ook voor jezelf herhalen in de stilte. En wees alert op wat er in jou gebeurt als je de woorden herhaalt. Komen er herinneringen boven? Beelden? Andere teksten? Gevoelens? Associaties? Alles is mogelijk. Heet alles wat zich aandient welkom en breng jezelf weer terug bij de woorden. Neem een paar minuten voor deze oefening.

Ga goed zitten: voeten plat op de vloer, rug rechtop. Voel het contact dat je zitbotjes maken met je stoel. Sluit je ogen, adem diep in en diep uit en herhaal voor jezelf: ‘Zoek veiligheid niet in verdrukking.’

*   *   *   *   *

‘Zoek veiligheid niet in verdrukking.’ Bij mij dient zich allereerst een beeld aan. Ik voel het beeld aan als een beweging. Aan mijn arm zit een heel grote hand en die drukt iets, wat mij angst inboezemt, weg. Onttrekt het aan het zicht.

‘Zoek veiligheid niet in verdrukking.’ Dan gaan mijn gedachten naar homo’s in Oeganda. Vanochtend in de krant: een interview met een advocaat uit dat land. Hij verdedigt mensen uit de lhbt-gemeenschap, die als de grootste misdadigers behandeld worden. Zeg maar gerust: míshandeld. Zelf heeft hij ook het nodige te vrezen en hij is voor drie maanden in Nederland om tot rust te komen. Kijk, daar gebeurt dat dus. Mensen worden verdrukt. Gewoon mensen als ieder ander worden weggeduwd uit de samenleving, mogen er niet zijn, mogen niet leven. Verdriet en machteloosheid strijden om voorrang. Wat was mijn tekst ook alweer? ‘Zoek veiligheid niet in verdrukking.’ Zou dit gedrag, dit systeem van mensen onderdrukken voortkomen uit een gevoel van onveiligheid? Ja, mensen die ‘anders zijn’ roepen bij anderen soms angst op, dat is waar. En meteen stroomt mijn hersenpan vol. De ‘ander’ is inderdaad iemand die onderdrukt moet worden. Joden in de Tweede Wereldoorlog. Christenen in moslimlanden. Moslims in christelijke landen. Mensen met een donkere huidskleur daar waar blank blijkbaar de norm is. Vrouwen waar man-zijn blijkbaar de norm is. De voorbeelden zijn talloos. Wie een mens of een groep mensen tot een ‘ander’ maakt (ver-ander-t!), creëert angst. Een ander is een aanslag op of vormt een bedreiging voor wie jij bent of denkt te zijn. En die ander moet dus … weg. De hand die ik voor me zie en die dat wat angst inboezemt wegdrukt, heeft enorme proporties.

Dan voel ik dat die hand ook in mijn binnenste werkt. O, zeker, daar is hij ook. Ik ken hem heel goed! Alles wat mij niet goed uitkomt, duwt hij weg. Ontevredenheid, weerstand, boosheid, wrok – ach, de lijst is eindeloos. Die gevoelens komen op, maar ik wil er niet aan en verdruk ze. Wát was de tekst ook alweer? ‘Zoek veiligheid niet in verdrukking.’ Kan ik concluderen dat ik die gevoelens verdruk om me veilig te voelen? Blijkbaar roepen die gevoelens ónveiligheid in mij op. Daar moet ik even op kauwen, maar inderdaad. Als ik me ergens ontevreden over voel, voel ik spanning tussen de situatie zoals die is en de situatie zoals ik hem zou willen. Dat kan ik oplossen door hardop te zeggen wat ik wil of hoe ik het voor me zie. Maar daarvoor moet ik me uitspreken en dát is onveilig! Want ik weet nooit hoe mijn woorden overkomen of geïnterpreteerd worden. Voor hetzelfde geld krijg ik een lading negativiteit over me heen. Dan verdruk ik liever die gevoelens van ontevredenheid. En boosheid – dat betekent dat iemand over mijn grens is gegaan en dat ik die zal moeten aangeven. Maar liever dan me in die onveilige situatie te begeven, verdruk ik die boosheid.

‘Sommige dingen willen alleen gezien worden.’ Ooit zei iemand dat tegen me, nu komen die woorden spontaan boven. Wijze woorden, want als die ontevredenheid en die boosheid onder ogen gezien worden en er mogen zijn, voel ik meteen de spanning erover wegvloeien. Ja, ik ben ontevreden over iets. Laat het er maar zijn. Doe er nog even niets mee; de tijd zal leren of je er iets mee moet of niet.

Dan komt er een vraag op. Verdruk ik per ongeluk ook anderen? Het is gemakkelijk om naar Oeganda te wijzen en te zeggen dat het daar niet in de haak is. Maar hoe verdruk ik anderen? Wát was mijn tekst ook alweer? ‘Zoek veiligheid niet in verdrukking.’ Ja, mensen in mijn omgeving kunnen mij inderdaad een gevoel van onveiligheid geven. Door hún ontevredenheid, weerstand, boosheid. Alles dat ik bij mezelf onderdruk, druk ik bij een ander ook weg als ik niet uitkijk. Hmm. Geen leuke spiegel om in te kijken.

Op de valreep, want ik moet de groep bijna uitnodigen voor de volgende stap in dit proces, rijst er nog een vraag. Zoek veiligheid niet in verdrukking – waar dan wel? In God? Ja, volgens de psalm. Maar op de een of andere manier voelt dat als een te gemakkelijk antwoord. Ik wil God niet gebruiken om alles mee dicht te smeren. Alsof God een stoplap is voor al onze behoeften.

Misschien wil dit psalmwoord me zeggen: ja, er ís onveiligheid in je leven. Of in ieder geval: er gebeuren dingen of er komen dingen voorbij die jij als onveilig aanvoelt. Verdruk ze niet. Verdruk ook dat gevoel niet, maar laat het er gewoon maar zijn. Je weet hoe het gaat met gevoelens: ze komen op en ze gaan weer liggen, tenzij je jezelf eraan vasthecht. Leer de spanning die dat gevoel jou geeft uit te houden. Niet meteen actie ondernemen om het gevoel weg te drukken. Houd het gevoel van onveiligheid uit en laat het betijen. En kijk dán weer goed naar de situatie. Zoek veiligheid niet in verdrukking.

Wil je meer blogberichten lezen? Ga naar Blog: Parelduiken in de bijbel