Bij 1 Korintiërs 12:27
Zonder er alert op te zijn schreef in mijn vorige overweging over het vieren van het avondmaal. Pas een dag na publicatie dacht ik: ‘Help, dat is wel een erg protestants woord. Mijn katholieke lezers vieren geen avondmaal, maar eucharistie.’ Ik ga ervan uit dat jullie zullen begrijpen dat mijn woordkeuze voortkomt uit mijn protestantse herkomst. Mijn geloof en mijn zoeken naar God gaan inmiddels boven kerkmuren uit en soms aan religie voorbij.
Avondmaal of eucharistie – op mijn website veranderde ik de woorden in ‘het delen van brood en wijn’. Maar hoe je het ook noemt, de inhoud is dezelfde. Je ontvangt iets, dat we ‘lichaam van Christus’ noemen. Dat neem je aan, je neemt het in je op, je kauwt erop, je slikt het door, je verteert het. Je laat het tot je doordringen, tot in de vezels en haarvaten van je lichaam, van je bestaan, van je wezen. Het stukje brood wordt jou. En jij wordt het stukje brood.
Het is een lichamelijk proces, dat een mens vooral geestelijk voedt. Elke keer weer meer, vollediger. Het lijkt wel alsof je in de loop van je leven leert om er steeds meer voedingsstoffen uit te halen. Of je levenskracht er meer door toeneemt. Je ontvangt een stukje lichaam van Christus en door het aan te nemen en op te nemen in jezelf, verandert het jou steeds meer in zichzelf, in het lichaam van Christus.
En ineens klinken daar deze woorden in mijn binnenste. ‘Wij zijn het lichaam van Christus.’ Paulus schrijft ze in zijn brief aan de Korintiërs. Daar moet ik eens goed op kauwen. Want wat betekent dat? We zijn het lichaam van Christus, jij en ik, wij zijn deel van het lichaam van Christus. En als we brood en wijn delen, dan delen we met elkaar het lichaam van Christus. Dan ontvangen we iets van buitenaf, iets compleet nieuws, maar ook iets dat níet van buitenaf komt, maar van binnenuit. We delen met elkaar wat we zíjn. Het is te wonderlijk om er woorden voor te vinden. Misschien zegt het beeld van de liggende acht meer dan alles wat ik erover schrijf.
Augustinus verwoordt het prachtig. ‘Ontvang wat je bent’, zegt hij bij het delen van het brood. Je bent het al, maar je wordt het ook steeds meer. Een proces van levenslange omvorming is het, als we dit brood aannemen en tot ons laten doordringen. Steeds meer worden we omgevormd tot wat we zijn, tot wie we zijn. Lichaam van Christus.