Bij Johannes 14:10
‘De Vader die in mij blijft, doet zijn werk door mij’, zegt Jezus tegen zijn leerlingen. Johannes beschrijft in zijn evangelie fantastische dingen die Jezus heeft gedaan: water in wijn veranderen, een blinde weer laten zien, een dode uit zijn graf laten opstaan – hij is een echte wonderdoener. Maar als je Jezus zó beziet, moet je je ogen nog eens goed uitwrijven. ‘De Vader die in mij blijft, doet zijn werk door mij.’ Niet ík doe al die dingen, zegt Jezus, maar God.
Hier opent zich een wereld aan mogelijkheden – ook voor ons. ‘De Vader doet zijn werk door mij.’ Jezus is geen wonderdoener, maar een instrument waarmee wonderen door God gedaan worden. Een medium voor God om in onze door tijd en ruimte beperkte wereld zijn kracht te laten werken. Jezus is ‘maar’ een instrument. Niet híj doet al die dingen, maar hij laat ze door zich heen gebeuren.
Jezus zit het handelen van God dóór hem heen niet in de weg. Hij geeft zich over, maakt zich helemaal leeg en laat dan alles wat van God komt door hem heen stromen deze wereld in. Dát is het echte wonder. Hij is leeg en geeft zich over.
Stel dat óns dat zou lukken: God niet voor de voeten lopen, maar ons leeg maken en God door ons heen laten werken. Ons als medium (het is een beetje een besmet woord, maar goed) laten gebruiken. Probeer het eens voor je te zien. Jij als instrument in Gods handen. Mij levert deze gedachte acuut ontspanning op. Niet meer ík doe wat ik doe en niet meer ík zeg wat ik zeg, maar het gebeurt dóór mij. Die relativering is mij zeer welkom.
Als ik daarna nog even doordenk: bij God is niets onmogelijk. Bij God kan water wijn worden, kunnen blinden gaan zien en doden worden opgewekt. Stel dat het een mens lukt om zich leeg te maken, God niet meer in de weg te lopen en zichzelf te zien als instrument in Gods handen – wie weet wat voor wonderen, klein en groot, er dan gebeuren.
Dát wil ik wel bidden: God, maak mij tot een instrument van uw liefde.