Bij Lukas 24:13-32
Twee mannen nodigen een derde uit om bij hen te eten. Hij breekt het brood en dan herkennen ze hem: het is de Opgestane. En direct is hij verdwenen. Ze verwonderen zich erover dat ze het niet eerder zagen. ‘Brandde ons hart niet in ons?’ Achteraf zien ze het. Achteraf weten ze: ‘Ja, natuurlijk was hij het. En we wisten het. Ons hart wist het. Alleen merkten wij het niet op.’
Ach, hoe herkenbaar. Achteraf bemerk je dat je hart in je brandde. Achteraf herken je de signalen: God was daar. En dat gebeurt niet een keertje, nee, herhaaldelijk. Maar wat gebeurt daar eigenlijk precies? Wat maakt dat ik op het moment zelf niet opmerk dat mijn hart brandt, dat God in het spel is? Is het alleen dat mijn aandacht op andere zaken gericht is, dat ik aan God voorbij leef? Of speelt er meer?
Er speelt meer. Er zijn verschillende stemmen in mijn hoofd, in mijn ziel, die Gods stem overschreeuwen. Er is de stem van mijn eigenwilligheid, die vreest overbodig te worden als ik naar Gods stem zou luisteren en God zou gaan volgen en doen wat Hij van mij wil. Er is de stem van mijn eerzucht, die wil dat alle lof en eer en prijs míj toekomt en niet God. Er is de stem van mijn trots, die zegt dat ik het zelf wel kan en God niet nodig heb. Er is de stem van mijn kennis, mijn weten, die roept dat Godskennis via het verstand zou moeten gaan, bewijsbaar en te beredeneren moet zijn. Er is de stem van mijn hoogmoed, die zich graag beter voelt dan een ander.
Al die stemmen proberen me af te leiden, me aan het twijfelen te brengen. Want als ik me aan God overgeef, verliezen zij de macht over mij. Dan doen zij er niet meer toe. In het licht van God valt de grond onder hun voeten weg. Logisch dat zij onrustig worden en zich roeren als mijn hart brandt omdat God zelf zich aandient. Ze vechten om te overleven. ‘Joh, je fantaseert maar wat’, roepen ze. ‘Je maakt jezelf belachelijk! Hoe weet je eigenlijk dat het Gods stem is die je hoort? Wie zegt dat Hij het is die je hart doet branden?’ En als ik daarop inga, hebben ze mijn aandacht succesvol van mijn brandende hart afgeleid.
Elk signaal van God zullen zij proberen te overschreeuwen. Want hun eigen bestaan staat op het spel. Zodra ik ze onder ogen zie en leer kennen, zijn ze al een deel van hun macht over mij kwijt. En zo ontstaat er steeds meer ruimte in mij om Gods stem zuiver waar te nemen.