De menigte

Bij Marcus 2:4

Het zingt rond in de stad: ene Jezus van Nazareth heeft iemand die aan huidvraat leed, genezen. Een wonder! Iedereen die aan iets lijdt, dromt samen rond Jezus. Op zoek naar genezing, op zoek naar heelwording. En als er niets is om te laten genezen, is er wel de nieuwsgierigheid die bevredigd moet worden. Kortom: het is druk in en rond het huis waar Jezus is. Er zijn zoveel mensen, dat er zelfs voor de deur geen plaats meer is.

Nu is er ook een man die verlamd is. Ook hij wil kijken of Jezus iets voor hem kan betekenen. Hij wordt door vier vrienden op een draagbed vervoerd. Maar ze komen het huis niet in. Er staat een menigte tussen de verlamde op het draagbed en Jezus in.

Een menigte, die je in de weg staat als je op zoek bent naar heelwording. Het is een veelzeggend beeld als je de preken van Meester Eckhart in het achterhoofd hebt. De menigte is bij hem altijd de veelheid van dit aardse, tijdruimtelijke bestaan. En die veelheid brengt je niet dichter bij God. Sterker, de veelheid leidt je af, versplintert je, verstrooit je.

De menigte staat altijd tegenover de eenheid die God is. In God is alles een, is alles heel. God is de Ene, uit wie alles voortkomt en in wie alles terugkeert. De bron en het doel van alle leven. Als je dat scherp voor ogen houdt, ga je zien hoezeer alles wat niet-God is, je afhoudt van God. Hoezeer die veelheid tussen jou en God in staat en je het zicht op God belemmert, jou de weg naar God verspert. Eén weg is er: je onthecht opstellen tegenover alles wat niet-God is.

Eckhart zegt het zo: ‘Laat alles wat menigte is achter je en keer terug naar de oorsprong en de grond waaruit je gekomen bent.’ Voor alle zekerheid: het gaat erom een keuze te maken: waarop ben ik gericht? Waaraan geef ik mijn aandacht? Een oproep om de weg naar binnen te gaan.

Wil je meer blogberichten lezen? Ga naar Blog: Parelduiken in de bijbel