Zaad zaaien

Bij Marcus 4:26-29

Met een groep doe ik lectio divina, een meditatieve manier van bijbellezen. We lezen een paar verzen uit een psalm en laten die in stilte bezinken. Nogal technisch omschreven omvat de methode vier fasen, waarin je steeds dieper doordringt in de tekst en tegelijkertijd in jezelf. Een van de stappen is het bewust worden van welk woord of zinsdeel jou op dit moment in het bijzonder aanspreekt. Dat woord of zinsdeel herhaal je voor jezelf in stilte en je laat alles in je opkomen wat op wil komen: associaties, herinneringen, beelden, andere woorden. Je herkauwt dat ene woord of zinsdeel om alle voedingsstoffen eruit te halen die er voor jou in zitten.

Op de tweede bijeenkomst vraag ik de deelnemers hoe hun kennismaking is bevallen en of de eerste lezing doorgewerkt heeft in de week die volgde. Een vertelt: ‘Nog twee dagen kwamen er bij mij allerlei associaties op, maar daarna werd het stil. “En nú?”, dacht ik. “Wat moet ik nu?”’ Haar handen gaan open omhoog en ze kijkt me vragend aan.

In de loop van de week komen bij mij dingen op die ik bij wijze van respons op haar vraag had kunnen zeggen. Het op deze manier lezen van teksten is bedoeld om de woorden te verinnerlijken. Je laat de woorden steeds dieper tot je spreken. Dat gaat vanzelf, je hoeft ze alleen maar te herkauwen. Dat beeld van eten en kauwen en herkauwen is niet voor niets gekozen. Onze spijsvertering is een prachtig beeld voor deze manier van lezen – al zijn we geen herkauwers, natuurlijk. Maar je neemt de woorden tot je, je laat ze binnenkomen, je kauwt erop, je maalt ze fijn, zodat je ze kunt doorslikken. Een herkauwer laat het voedsel dan nog een keer opkomen om het nogmaals goed te kauwen. En als je je voedsel uiteindelijk definitief hebt doorgeslikt, moet je het uit handen geven. De rest van het proces van vertering verloopt in het verborgene, als het ware buiten jou om. Je lichaam doet dat helemaal zelf. Het aannemen, kauwen en doorslikken is allemaal bewust werk. Je besluit om het te doen of niet. Je doet het, omdat je het wilt. Maar zodra je het hebt doorgeslikt, breng je de woorden in een proces, dat zich aan jouw wil onttrekt. En juist in dat deel van het proces vindt er een grote transformatie plaats. Voedings- en bouwstoffen worden aan het voedsel onttrokken. Je lichaam haalt eruit wat het nodig heeft en de rest wordt losgelaten.

Het is alsof je zaad zaait. Je kiest welk zaad je wilt zaaien en op welk moment en op welk stuk grond. En je maakt de grond ontvankelijk: je zorgt voor voldoende lucht en water. Maar zodra je het zaad hebt gezaaid, ontketen je een proces dat zich voltrekt zonder dat jij daar nog iets over te zeggen hebt. In het verborgene voltrekt zich het wonder dat ontkiemen heet. Daar moet je je vooral ook niet mee bemoeien. Als je telkens gaat woelen in de grond om te kijken of het zaad al ontkiemd is, verstoor je het proces. Je moet vooral niets doen.

Je kunt het voorbereiden, het zaaien. Je kunt de omstandigheden voor zover je er invloed op hebt, zo gunstig mogelijk maken. Maar het proces van ontkiemen, opgroeien, volwassen worden en vrucht dragen zelf kun je niet bespoedigen. Daarvoor moet je het vooral láten.

‘Het koninkrijk van God is als een mens die zaad zaait op zijn akker’, vertelt Jezus. ‘Hij slaapt, hij staat op; een nacht, een dag. Het zaad kiemt en groeit. En hóe – de mens weet het niet. Vanzelf draagt de aarde vrucht – eerst een halm, dan de aar, dan het volle koren in de aar.’ De mens zaait. Hij laat het zaad los en het valt in de aarde. Het zaad ontkiemt vanzelf, de mens weet niet hoe. Dat proces voltrekt zich in het verborgene. Maar het resultaat ervan ziet hij: de halm groeit, de aar en dan de vrucht.

‘Ik moet niet de dingen willen, ik moet de dingen zich in mij laten voltrekken’, schrijft Etty Hillesum in haar dagboek. In lectio divina gaat het over bijbelwoorden, die je zaait als zaad, zodat ze in het verborgene een proces van groei kunnen doormaken, opdat ze vrucht kunnen gaan dragen. Maar je kunt álles dit proces laten ondergaan. Alle gebeurtenissen in je leven, de leuke en fijne dingen en alle dingen die we als moeilijk, pijnlijk en zwaar ervaren – we kunnen ze zien als zaad, dat we in onze handen hebben en dat we, als we eraan toe zijn, kunnen loslaten en zaaien in de akker van onze ziel, zodat zich in het verborgene iets kan gaan voltrekken. Zodat de dingen omgevormd kunnen worden in jou. Getransformeerd van zaad tot halm, tot aar, tot vrucht.

Het is later. Veel later. De woorden ben je allang vergeten. De gevoelens die de gebeurtenissen in je hebben opgeroepen, zijn tot rust gekomen. Je wandelt langs je innerlijke tuin. ‘Hé, wat een mooie plant is daar opgekomen. En wat een prachtige vruchten. O, wacht, dat is van dat zaad dat ik hier ooit gezaaid heb. Ik was het helemaal vergeten!’ Je plukt een vrucht en proeft. ‘Heerlijk! Precies wat ik zocht!’ Je plukt er een paar en neemt ze mee om uit te delen aan wie ze maar nodig heeft.

Wil je meer blogberichten lezen? Ga naar Blog: Parelduiken in de bijbel